De ondergrond moet draagkrachtig en voldoende stevig zijn. Het te verlijmen oppervlak moet stevig, lijm- en hechtingsvriendelijk, en vrij van losse bestanddelen zijn. De materialen mogen geen vluchtige stoffen bevatten, waardoor de hechting op een later tijdstip afneemt. Indien nodig, moet de geschiktheid ter plaatse worden gecontroleerd door middel van eigen tests.
Schlüter-KERDI-FIX als montagelijm
KERDI-FIX brengt u aan als lijmrillen of puntsgewijs. Voor een volledige uitharding op niet-absorberende of extreem droge materialen kunt u KERDI-FIX bevochtigen met water. De te verlijmen oppervlakken moeten binnen de huidvormingstijd worden samengevoegd. Door water op KERDI-FIX te spuiten wordt deze huidvormingstijd beduidend korter. Indien nodig, moeten de oppervlakken worden vastgezet tot de functionele uitharding is bereikt.
Schlüter-KERDI-FIX als afdichting
Voor het verlijmen van Schlüter-KERDI of Schlüter-KERDI-systeemcomponenten, moet KERDI-FIX op de ondergrond worden aangebracht en met een fijngetande lijmkam egaal worden verdeeld. Het te verlijmen materiaal moet zo snel mogelijk over het volledige oppervlak en zonder holle ruimtes worden samengevoegd.
Het is aan te bevelen bij het verlijmen van KERDI materiaal de vlakke zijde van de lijmkam schuin over de KERDI-baan aan te drukken of een geschikte aandrukrol te gebruiken. Vermijd ingesloten lucht.
Schlüter-KERDI-FIX als zichtvoeg
Voordat KERDI-FIX in de voegen wordt aangebracht, moeten de randen goed worden afgeplakt, bijvoorbeeld met afplaktape. De afplaktape mag niet in de voeg komen. Om een driekantige hechting te voorkomen, moet er een opvulkoord met een geschikte diameter in de voegen worden geplaatst.
Schlüter-KERDI-FIX moet bij voorkeur zonder holle ruimtes in de voeg worden aangebracht. Overtollig materiaal moet met een spatel worden verwijderd. Daarna kan de afplaktape worden verwijderd en de voeg met water of een geschikt gladmaakmiddel glad worden gemaakt.
Opmerking: Zichtvoegen zijn onderhoudsvoegen.